Vlaams minister van Onderwijs Ben Weyts wil dat gewone basisscholen tweetalig les aanbieden in het Nederlands en Nederlands-Vlaamse Gebarentaal (VGT). Zo wil hij slechthorende en dove kinderen samen in de klas krijgen met horende kinderen. Volgens de Vlor, de Vlaamse onderwijsraad, kan dat plan inclusie wel bevorderen, maar schiet het nog tekort.
Momenteel loopt er een onderzoek naar vormen van tweetalig onderwijs voor VGT-talige kinderen en de praktische uitwerking ervan in binnen- en buitenland. Dat loopt eind september af. Daarvan zou de raad graag de resultaten afwachten, alvorens die een advies geeft. Het is namelijk niet duidelijk hoeveel scholen zo’n taalafdeling Nederlands-VGT zouden willen en kunnen oprichten. Bovendien is niet zeker of dat aanbod tegemoet zal komen aan de vraag.
Grotere stappen vooruitzetten
“Meer aanbod tolkenondersteuning, meer dove leerkrachten voor de klas of een specifieke opleiding voor leraren die les geven aan dove en slechthorende kinderen. Daarmee zouden we veel grotere stappen vooruit zetten in de inclusie van die kinderen dan door middelen vrij te maken voor een specifiek model”, benadrukt Vlor-voorzitter Ann Verreth. “Dat bleek al uit een Vlor-rapport in 2014. Helaas zijn de bevindingen vandaag nog altijd actueel.”
Geen specifieke opleiding
Vlaanderen telt ongeveer 60.000 doven en slechthorenden. Van hen zijn er zowat 6.000 de Vlaamse Gebarentaal (VGT) machtig. In tegenstelling tot andere landen of regio’s heeft Vlaanderen geen specifieke opleiding voor onderwijzers of ondersteuners van dove en slechthorende kinderen.